landing

Oost West…

We zijn dus weer thuis, maar dat ging niet zomaar. We verlieten de camping met de eendjes die ons weemoedig uitwuifden en vervolgden Scenic Highway 49 die er niet rustiger op werd. Met iedere mijl kom je dichter bij San Francisco en dat merk je. Er wonen zeven miljoen mensen, da’s een boel. De 49 kronkelde en wentelde en we reden lange tijd langs een rivier met half leegstaande nederzettingen.

rivier
rivier
brug
brug

   
   
   

Soms besloot de weg dat het wel welletjes was en moest je over een brug die er in onze beleving niet zo stevig uitzag. Ook van dat ijzerwerk waar je dan doorheen kijkt, je hebt ook van die trappen en je voelde de boel bewegen als je er overheen reed.

enorm
enorm

   
   
   
   
   
   

Buiten de dorpjes waren er niet veel huizen, sommige hadden van die vetplanten voor de deur die we hier in Europa in potjes koesteren.

   
   
   
   
   
   

Ineens was de route zo vriendelijk ons langs een historisch stadje te leiden, dat verder nergens werd genoemd. Onze aandacht werd er ook alleen maar op gevestigd omdat de achterkant van de huizen er zo apart uitzagen. Want zoals ik al zei: je ging er langs, niet doorheen. Het was er doodstil en heel charmant.

gedenkteken
gedenkteken

   
   
   
   

Er moeten veel Chinezen hebben gewerkt, want er stonden nog Chinese tekens op de diverse huizen en er stond ook een prieeltje met een memoriam aan de Chinese werknemers.

   
   
   
   

plaque
plaque

   
   
   
   
   
   
   

Of wat vind je van dit bord?

   
   
   
   
   
   

Er achter was een vaag soort tuin, meer een braakliggend terreintje met een paar bloempotten. De betekenis is me daarom niet geheel duidelijk geworden. We waren tamelijk gauw uitgekeken, wat ook te maken had met de dwanggedachte van: doorrijden, nog best een eind, veel te doen, je kent het wel.

het wordt al drukker
het wordt al drukker

   
   
   

De bebouwing onderweg bleef niet schaars, het werd voller en voller. Overduidelijk het teken dat we bij onze laatste halte aan gingen komen al wilden we daar nog niet aan denken.

   
   
   
   
   

We kregen honger en qua eten was er niet zo heel veel meer aan boord: de laatste dagen maak je alles op. Niet erg, we kwamen een Denny’s tegen langs de snelweg en daar hebben ze nou eenmaal heerlijke salades. Ik vind het dan altijd geweldig om de menukaart te bestuderen. De calorieënbommen springen gewoon van het papier. Wat vind je hier bijvoorbeeld van:

op de menukaart
op de menukaart

Friet met kaassaus, gerapte kaas en stukjes bacon en een romige dipsaus. Nadat ik het gelezen had was ik al anderhalve kilo aangekomen.

salades met knoflookbrood
salades met knoflookbrood

   
   
   
   

Onze salades waren weelderig en vulden goed, het knoflookbrood kregen we niet op, maar we zouden geen last hebben van vampieren die nacht.

   
   
   
   

Met enig mikken lukte het weer om op de weg te komen en de snelweg weer op te pikken. Het was gelukkig nog rustig, maar in vergelijking met de uitgestorven trajecten die we de afgelopen weken hebben gereden, was het toch even wennen.

   
De camping was niet veel veranderd, niks eigenlijk.
De avond ervoor hadden we alles gewassen, dus het inpakken kon beginnen. Henrie had een manier gevonden om het bierreclamebord mee te nemen: aan de binnenkant van zijn koffer en dan zijn kleren enzo er tussen. Maar we hadden zo onze twijfels: we hadden van alles verzameld en de vliegmaatschappijen zijn streng met het gewicht. Vooral United Airlines die je voor alles een poot probeert uit te rukken.

De laatste avond hadden we nog wat dingen over, zoals pakjes bamisoep, een fles limonade, een keukenrol, nou ja, van alles en nog wat. Ik vroeg aan de mensen naast ons of ze nog wat konden gebruiken, maar die reageerden zo van: o, geef maar. Wij zorgen wel dat het bij iemand terechtkomt.
Zij woonden op die camping en speelden dus voor voedselbank. Maar ik doe er dan liever iemand persoonlijk een plezier mee dan dat er Sinterklaas wordt gespeeld met onze spullen. Begrijp me niet verkeerd: ik hoef er niks voor te hebben, ze hoeven niet eens dank je wel te zeggen. Maar zo onpersoonlijk over je schouder van: o, goed hoor, zet maar ergens neer, dat vinnik niet leuk.
We stonden kont aan kont met de achterburen, de campers althans, en tussen het pakken en overpakken en zweten ging ik even naar buiten en zag een mevrouw uit de camper achter ons komen die nog iets riep naar iemand binnen. Ze zag me en kwam meteen op me af. De onvermijdelijke vraag kwam: waar kom je vandaag (dat vragen ze aan iedereen, ze willen ook weten uit welke staat je bijvoorbeeld komt) en toen ze hoorde uit België, Europa, begon ze meteen krom Frans tegen me te spreken, me iedere keer enthousiast haar stompjes tand tonend. Met nog een heel exemplaar er tussen.
Na een poosje verdrietig te hebben staan luisteren zei ik dat ze best Engels mocht spreken. Nou, dat was geweldig en Engels spreken deed ze, er kwam geen eind aan. Iedere zin begon met happen naar adem, vage handgebaartjes en nutteloze sprongetjes tijdens het praten. Had ik weer. Of ze nou dronken was of niet wijs heb ik niet uit kunnen vinden. Waarschijnlijk een combinatie, want de koffiebeker in haar hand bevatte in ieder geval geen koffie. Haar tanden was gebeurd door een autoongeluk, heeft ze me acht keer verzekerd. Maar ze vertelde ook dat haar dochter zich had opgehangen toen ze tweeëntwintig was, vanwege één of andere knul. Dat maakte het allemaal weer triest, want daar krijg je wel een klap van.
Ondertussen was haar man thuisgekomen van werk, een rustige, sympathieke man die op een bepaalde manier op Clint Eastwood leek en je zag aan hem dat hij echt gek op haar was.
Ze ging nog iets te drinken halen, ik ook, dat had ik tegen die tijd wel nodig en zei somber tegen Henrie: dit moet je meemaken. Henrie liet alles uit zijn handen vallen en liep mee in de blijde wetenschap dat als hij genoeg gezien had, hij lekker weer weg kon lopen omdat hij er maar even bij kwam om kennis te maken. En dat deed hij dan ook en haar man idem. En daar stond ik weer naar het gehap te luisteren en de gebaartjes en hupjes te bekijken. Tegen wie ze trouwens aan het begin iets had geroepen weet ik niet: er bleek buiten haar niemand in de camper te zijn geweest.
Het lukte me van haar los te komen en ging binnen uit zitten hijgen. Ik hoorde hoe ze al babbelend over het hekje klom en daar stond ze aan de deur; of we kwamen barbecuen. We konden echt niet en hoefden dus niet te jokken. Clint stond wel even later voor de deur met gebarbecuede garnalen met grote stukken sinaasappel, heerlijk.
Henrie lust geen garnalen, wat jammer nou!
Toen het donker was durfden we wel naar buiten. We hoorden haar binnen kraaien en ongetwijfeld happen en gebaren.

Trailer Haven
Trailer Haven

   
   
   
   
   
   
   
   
   
   

De camping stond vol met hoofdzakelijk permanente bewoners, sommigen proberen er nog wat van te maken.

feestverlichting
feestverlichting

   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   

De wekker ging om kwart voor zes. Ook zoiets: pas in Amerika kwamen we erachter dat de terugvlucht ’s morgens om half elf was. Dat is een ramp: het verhuurbedrijf van de camper gaat pas om acht uur open. Ik heb kunnen regelen dat we een kwartier eerder terecht konden. De camper wordt onder de loep genomen in verband met eventuele beschadigingen, dan het papierwerk, je bent niet zomaar klaar dus. De taxi hadden we voor kwart over acht besteld.

drukte
drukte

Ook zoiets: er is om elf uur altijd een busje van het verhuurbedrijf dat je naar de luchthaven brengt. Dat zou te laat zijn en moesten we een klein fortuin uitgeven voor een taxi, want het was nog vijfentwintig mijl daar vandaan, da’s veertig kilometer. In de spits van San Francisco. Ook de reden dat we zo vroeg opstonden: het was maar tien mijl naar RoadBear, maar wel in de spits en we reden de file dan ook zo in.

San Mateo bridge
San Mateo bridge

   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   

Afijn, ook op het vliegveld sterrevus druk, lange rijen voor de bagage afgifte om te beginnen. En natuurlijk hadden we teveel bij ons en moesten lozen of tweehonderd dollar betalen. Ik had nog een redelijk volle fles rum in mijn koffer, de flessen daar zijn wat groter dan hier dus dat scheelde al. Ik duwde hem een beambte in handen die er blij mee vertrok en even later met een verse kegel langs me heen liep. Henrie gooide zijn sportschoenen weg, die wilde hij toch al vervangen en met nog wat geprop in onze handbagage kon het er net mee door. Want je denkt toch niet dat we de nummerborden of die bierreclame achter gingen laten!
Toen de enorme rij door de security check, later en later werd het. Iets om op te letten dus de volgende keer: GEEN vroege vlucht terug.

laatste blik
laatste blik

   
   
   

Natuurlijk stond er een keiharde wind en eenmaal in het vliegtuig kon men van een aantal banen niet opstijgen, plus dat we al vertraging hadden. Veel te laat dus gingen we omhoog.

   
   
   
   

Het aansluitende vliegtuig zou vertrekken vanuit Chicago om vijf over zes ’s middags. We landden om tien over half en toen was er weer geen ‘slurf’ beschikbaar wat nog twintig minuten vertraging opleverde. En dan moet je haast hebben en over een vliegveld stressen. Heb je ooit gelet op de mensen die ronddwalen op een vliegveld? Met een lege blik, twee handbagages achter zich aan sleurend, slenterend van links naar rechts en als je ze dan nog net niet omver duwt, hard sorry roepend, kijken ze je aan alsof ze net uit een coma ontwaken. We hadden mazzel: de aansluitende vlucht had ook een half uur vertraging dus die hadden we maar net.
Uiteindelijk heeft de piloot de luchthaven van Amsterdam gevonden en mochten we naar huis.

groen
groen

   
Wat is het hier groen geworden in die kleine maand dat we weg zijn geweest en wat hebben we een ruimte thuis! De totale oppervlakte van zo’n camper (en dan hebben wij nog een grote) is achtentwintig vierkante meter. Kleiner dan onze huiskamer.

   

Het onkruid staat hoog, Henrie heeft het gras gemaaid en dat oogt al een stuk beter. Aan het onkruid begin ik nog niet: mijn rug is zo naar z’n grootje, dat ik moeite heb met aankleden of me afdrogen. Dus mag het nog even blijven staan, al jeuken mijn handen.

   
   

We genieten van het thuis zijn, maar nog regelmatig vertoef ik in gedachten daar, ver weg.
Dag Uncle Sam, hopelijk tot volgend jaar. Het was weer geweldig, zoals altijd. Een stukje van ons hart is in Utah gebleven, bij dat lieve hondje dat we mochten redden. Dat anders een nutteloos dood ding zou zijn geweest, terwijl ze nu een aanwinst is voor het gezin waar ze woont. De geweldige mensen die we hebben mogen ontmoeten, de spectaculaire dingen die we hebben gezien en opnieuw gezien, omdat je toch zoveel vergeet. Je bent een fantastische gastheer, Uncle Sam, heel erg hartelijk bedankt.
Maar tegen ons thuis kun je niet op….

2 gedachten over “Oost West…”

  1. Welkom thuis lieverds, ben blij dat jullie weer thuis zijn. Wij hebben ook genoten van je verslagen, foto’s en filmpjes, we bellen gauw. Hennie

Plaats een reactie