Het voordeel van met zo’n camper rijden is dat je, op de wegen die wij nemen, altijd vrij uitzicht hebt. We mijden de snelwegen en de andere wegen kronkelen vaak en lenen zich er niet goed voor zo’n enorme bak in te halen. Als ik dan in de spiegel zie dat de file achter me wel heel erg lang is geworden, ga ik even de kant in om de boel te laten passeren. En dan weer verder genieten van geen verkeer voor me.
Tegenwoordig is gokken niet meer beperkt tot de staat Nevada en pikken de gekste gelegenheden er een graantje van mee. Bij een benzinestation zaten zelfs twee casino’s. Aan allebei de kanten eentje.
Je kunt dus gerust stellen dat er op gokverslaving geen enkele controle rust.
We waren onderweg naar Denver en vonden een leuke camping. Midden in een wijk, doodstil en die was zo keurig onderhouden, dat je meteen wist: die wordt door een vrouw gerund. En ja hoor, we hadden gelijk.
Het was heerlijk warm weer en we zijn meteen buiten gaan zitten. Die mevrouw vertelde dat dit de eerste mooie dag was en dat er vier dagen geleden nog sneeuw lag! In Denver moet het ook behoorlijk gespookt hebben tot en met waarschuwingen voor tornado’s toe. Die zijn dan niet gekomen, maar het zegt wel wat. Toen we op 4 mei aankwamen was het er 27 graden, maar het weer kan hier snel omslaan in de bergen.
Zeer regelmatig kwamen we nog van die oude pickup trucks tegen die overal staan weg te roesten.
We reden Wyoming in en weer sta je dan te kijken van die wijdsheid en de leegte.
We wilden nog een keer van een Chinese lunch genieten. Met al die geroerbakte groente die nog lekker knapperig is, combineer je lekker en gezond. Het kost ook helemaal niks. Meer dan veertig gerechten, vijf dollar per persoon (nog geen vier euro). Wij hebben geleerd dat je op eet wat je opschept. Maar hier is dat kennelijk anders, ik heb daar al vaker over gemopperd.
Komt er een mevrouw binnen waar ik slank naast was, ja, dat is wel waar, en die laadt haar bord helemaal vol. Eet er twee hapjes van en gaan weer scheppen. Ik heb stiekem een foto gemaakt toen ze weer op ging laden.
En toen waren er al twee borden weggehaald waar nog veel meer op lag. Zelfs haar achterkant vond ik onsympathiek. Met zo’n postuur moet je gewoon geen kort fladderrokje dragen. Ze zou in een Walmart niet misstaan hebben.
Haar voorkant was nog veel erger, maar ik kon moeilijk zeggen: ‘Hallo, ik neem even een foto van je om de mensen thuis te amuseren.’ Zo lomp ben ik zelfs niet.
Het landschap was zo vriendelijk nog een leeg huis langs de weg te zetten dat al heel lang leeg stond. Het was een voormalig benzinestation.
Op het land er omheen liepen koeien te grazen en het bleek dat die via een trapje aan de achterkant hun heil vaak binnen zochten, gezien de hopen koeienvlaaien.
Ook hier lag ongeopende post, uit 1952. Dat is toch niet te geloven? En nog perfect leesbaar.
Op de camping in Cheynne hadden we geen internet, maar wel prachtige luchten.
Uiteindelijk kom je dan weer in Colorado vanwaar we vertrekken naar huis.
Duizenden kilometers hebben we hier gereden en het valt dit jaar toch wel heel erg op dat de wegen zo slecht zijn. En dit terwijl het een autonatie is. Ze mopperen bij ons wel eens over de wegen in België, maar vergeleken bij wat we hier aantreffen zijn die perfect. Nou ja, bijna perfect dan. De reparaties aan het wegdek doen me trouwens altijd aan een cardiogram denken.
Deze weg bijvoorbeeld, moet je nou eens kijken. Is toch bizar?
Bovendien was het teer gebruikt voor reparaties door de hete zon zo zacht als ik weet niet wat. Heel de weg was bezaaid met meer dan enkeldiepe kuilen en brokken teer. De wielen zaten zo onder die rommel waar allemaal stenen in vastgeplakt zaten, dat het meer leek alsof we op enorme krentenbollen rondreden in plaats van op banden.
Ik stopte om eens te kijken, want het gebonk van al die loskomende rommel klonk nogal angstig. En meteen viel er een brok teer uit de wielkast.
Ook die laatste avond hadden we geen internet. Nou ja, het was er wel maar met een gemiddelde snelheid van 1 Kb per minuut ofzo. Schiet niet echt op. Dan ga je lekker buiten zitten en genieten van het heerlijke weer, 31 graden is niet verkeerd. Althans, hier. Omdat het een droge hitte is, in Nederland of België ga je dan een beetje dood.
Van avonturen met de katten had ik nog een paar kattenbrokjes over, die ik naast de camper heb uitgestrooid en die door een eekhoorn de volgende ochtend hogelijk werden gewaardeerd.
Maar dan komt onverbiddelijk die allerlaatste dag. De koffers waren ingepakt, het bed afgehaald en meer van dat soort dingen. Al wat we over hadden aan eetwaar en bruikbare spullen hadden we aan een jong stel op de camping gegeven, dat het duidelijk niet zo heel breed had.
Het eerste vliegtuig was klein en krap. Echt zo’n oud exemplaar dat voor binnenlandse vluchten wordt gebruikt.
De volgende vlucht was iets beter en o heerlijk, de rij naast ons had twee lege stoelen. Henrie en ik zaten al helemaal tegen elkaar aan geprakt en ik siste hem toe één van die vrije stoelen in te pikken. Wat hij deed net voordat iemand schuin achter ons dat ook wilde doen. Wij hadden nu veel meer ruimte, wat het vliegen toch gerieflijker maakt.
Daar gingen we, een laatste blik op Chicago.
En nu moeten we een poos wachten voor we weer mogen.
Zoals altijd zijn mijn laatste woorden op het blog gericht aan Uncle Sam om hem te bedanken.
Te bedanken voor al het prachtige dat we hebben mogen zien, de verbijsterende natuur met prachtige uitzichten en mooie dieren. Maar ook voor het gastvrije verblijf in dit land met vriendelijke mensen. Natuurlijk heb je hier ook arrogante ballen, misselijke minkukels en andere types die je bij de eerste blik meteen op hun ongunstige gezicht wilt timmeren. Maar het gros van de mensen is vriendelijk, heel beleefd en als ze iets voor je kunnen doen zullen ze het niet nalaten.
Het was geweldig Uncle Sam, zoals altijd. We kunnen niet wachten op het moment dat we weer terugkomen en we hebben al vagelijk verzonnen wat we volgende keer gaan doen. We zullen heimwee houden, maar ons nieuwe vaderland maakt alles goed. Want verhuizen naar België was één van onze beste besluiten en daar kun jij zelfs niet tegenop. Dag Uncle Sam, tot de volgende keer!